
Ardo & biolandbouw: interview met bioboer
Wist je dat Ardo sterk inzet op biologische landbouw? Via een nauwe samenwerking begeleiden we onze landbouwers en hun bioteelt en ondersteunen we de follow-up van biologische gewassen/
Ook in de toekomst zullen we biologische landbouw blijven promoten. Ardo gaat bovendien voortdurend proactief op zoek naar steeds duurzamere landbouwproductiemethodes, ook voor niet-biologische teelten. We hebben onze ambities vertaald in ons MIMOSA+- programma, dat staat voor Minimum Impact & Maximum Output Sustainable Agriculture (Duurzame Landbouw met Minimale Impact & Maximale Opbrengst).

Wederzijds respect is een must. Bij Ardo is dat zeker aanwezig.
“Ik ben bioboer voor Ardo in regio Moeskroen. Ons bedrijf is een kleine vijftig hectare groot en is gelegen in de leemstreek — een goede grond voor landbouw dus. Waar we vroeger een gemengd bedrijf met dieren en akkergewassen runden, besloten we in 1999 om te schakelen naar groenteteelt, om daarna de stap te zetten naar bio. Zo telen we biologische selder, knolselder, prei en boontjes voor Ardo. Daarnaast telen we ook bakwaardige granen en grasklaver om onze velden een adempauze te geven en de vruchtbaarheid van de grond te verbeteren.”
“Ik ben lid van telersvereniging Vegras en zetel ook in de telerscommissie. De groenten die we telen, dienen voornamelijk als diepvriesgroenten voor Ardo. De samenwerking met Ardo startte in 1999, met het leveren van gangbare (of niet-biologische) prei, maar vanaf 2009 zijn we ook begonnen met de levering van biologische groenten.”
“De samenwerking met Ardo verloopt vlot. We steken regelmatig de koppen bij elkaar om prijzen, volume en verwachtingen te bespreken.
Tijdens zulke onderhandelingen is wederzijds respect een must, en dat is zeker aanwezig. Zeker in deze woelige tijden is communicatie heel belangrijk. We zijn samen tot een mooi compromis gekomen.”
“Ook met de teeltbegeleiders van Ardo hebben we een goed contact. We leren nog elke dag bij van elkaar — zij over bio, wij over de gewenste kwaliteit van de groenten en hoe we die kunnen bereiken. Als het op biologisch telen aankomt, moet er kort op de bal gespeeld worden. Op dat vlak voorzien de teeltbegeleiders ons van gericht advies.”
“Het klimaat blijft een grote uitdaging. De voorbije jaren waren erg droog. Daardoor is het momenteel opletten geblazen wat we doen met onze gronden. Ook bij bioteelt is duurzaam waterverbruik van groot belang. Daarom schoffelen we: de bovenste laag aarde wordt losgewoeld, zodat die dunne uitgedroogde laag een barrière vormt tegen verdere verdamping van het grondwater. Zo blijft het langer beschikbaar voor de teelt. Één keer schoffelen staat gelijk aan twee keer beregenen. Straf, hé?”
“Door te schoffelen besparen we dus sterk op ons waterverbruik. Tegenwoordig zien we trouwens meer en meer niet-bioboeren hun teelten ook schoffelen om het water zoveel mogelijk in de grond te houden en daarnaast ook herbicides uit te sparen. Die nieuwe schoffeltechnieken worden door biotelers uitgeprobeerd en vervolgens gaan ook de nietbioboeren ermee aan de slag. Zo leren we als het ware van elkaar.”